Gegevens & afbeeldingen » Regesten uit het Archief van de stad Gouda

Objecten

• Regest 0001/401
  Schout en buurlieden van Kalverenbroek, schout en buurlieden van Sluipwijk, Gravekoop en Nieuwenbroek, en schout en buurlieden van Reeuwijk en Raamburg oorkonden dat Jan Ghijsbertsz verklaard heeft verkocht te hebben aan Willem Reynersz een huis met 7 morgen land in de Kalverenbroek (W = Maerten Pietersz), alsmede 4 morgen drie hont land in de Nieuwenbroek, tussen de Reedijk en de achterwetering (O = Maerten voornoemd, W = Willem voornoemd met de bovengenoemde 7 morgen land en Maerten Gijsbertsz met twee morgen land), belast met een losrente van 15 Karolusgulden en 7 stuivers per jaar en een grafelijke pacht van 18 stuivers.
• Regest 0001/402
  Schout en buurlieden van Kalverenbroek, alsmede schout en buurlieden van Sluipwijk en Nieuwenbroek oorkonden dat Willem Reynersz verklaard heeft schuldig te zijn aan Jan Jan Claessen, wonende te Reeuwijk, een rente van 15 schilden per jaar, losbaar met 250 schilden, onder verband van een huis en 7 morgen land in de Kalverenbroek, tussen de Reedijk en de achterwetering (O = Willem voornoemd en Maerten Ghijsbertsz, W = Maerten Pietersz).
• Regest 0001/403
  Schout en buurlieden van de vrije heerlijkheid Kalverenbroek oorkonden dat Adriana Jansdr, weduwe van Adriaen Lenertsz, met de voogden van haar kinderen is overeengekomen dat zij die kinderen tot hun meerderjarigheid zal onderhouden en hen binnen een half jaar na hun meerderjarig worden ieder 100 schilden zal uitkeren.
• Regest 0001/404
  Schepenen oorkonden dat Jan Dirck Hoensz, oud burgemeester, oud ca. 50 jaren, Jan Geert Hey Daemsz, oud ca. 47 jaren, Jan Feyssz, oudmolenmeester, oud ca. 50 jaren, en Dirck Clementsz van Neck, oud ca. 41 jaren, op verzoek van enige ingelanden van Moordrecht, wonende te Gouda, en van de burgemeesters van Gouda, verklaard hebben dat van oudsher twee molenmeesters en twee kroosheemraden voor het land van Moordrecht werden benoemd door de burgemeesters van Gouda en dat het heffen van omslagen van de toestemming van deze molenmeesters afhangt.
• Regest 0001/405
  Schout en buurlieden in de ban en de landen van Sluipwijk, Gravekoop en Nieuwenbroek oorkonden dat de molenmeesters van Gravekoop en Nieuwenbroek Jacob Cornelisz, Jan Hugensz en Cornelis Jacobsz, en de oudmolenmeesters Cornelis Claasz, Maarten Gijsbertsz, Jan Willemsz en Dirck Pietersz met toestemming van de burgemeesters van Gouda verklaard hebben schuldig te zijn aan Pieter Claasz Smith een losrente van 25 Carolusgulden van 40 groten Vlaams per jaar, losbaar met 400 Carolusgulden.
• Regest 0001/406
  Koning Filips II bepaalt op verzoek van het stadsbestuur van Gouda dat de rechtdagen van Bloemendaal in het vervolg in de stad moeten worden gehouden, behoudens dat de ingezetenen van Bloemendaal op de rechtdag komende niet wegens civiele zaken gearresteerd of lastig gevallen mogen worden.
• Regest 0001/407
  Schout en buurlieden in de ban van Kalverenbroek oorkonden dat Jacop Huigenz. verklaard heeft schuldig te zijn aan Martin Pietersz een rente van 42 schilden per jaar, losbaar met 700 schilden, onder verband met zijn huis met 17 morgen land in de Kalverenbroek, tussen de Reedijk en de achterwetering (O = het land van Willem Reynaertsz, W = het land van Jacop Huvgenz. en Adriaen Pietersz tesamen).
• Regest 0001/408
  Koning Filips II gelast zijn deurwaarder te Gouda en in het land van Stein bekend te maken dat in het land van Stein geen onroerende goederen mogen worden verkocht of in erfpacht uitgegeven voordat het recht van nakoop aan de stad Gouda is voldaan.
• Regest 0001/409
  Het Hof van Holland verwerpt het request civiel van de gemene buren van Nieuwerkerk betreffende het laden van turf over de IJsseldijk aldaar.
• Regest 0001/410
  Burgemeesters, schepenen en raad verbinden zich jegens Gielis van Wolfswinckel, pachter van de Brabantse watertol, om hangende het geschil daarover voor de tijd van hoogstens twee jaar voor de schippers en poorters van Gouda die op Bergen varen, het geleidegeld van Raversberg te betalen.
• Regest 0001/411
  Koning Filips II verlengt het octrooi van 2 mei 1554 (regest nr. 381), waarbij uitstel van betaling van 2 jaar lijf- en losrenten is verleend, met 6 jaren.
• Regest 0001/412
  Maritgen Wouters, bijgestaan door haar gekozen voogd, transporteert als testamentaire erfgename van haar oom Bouwen Dircksz ten overstaan van schepenen van Gouda de kapelmeesters van de St. Joostkapel de eigendom van twee loodsen en een huis in de Vogelenzang, noordwaarts van Jan die Graeffmaker, voor een rente van 3 Karolusgulden per jaar.
• Regest 0001/413
  Schout en buurlieden van Kalverenbroek oorkonden dat Jan Saersz tot meerdere zekerheid voor zijn schuld jegens Willem Jacobsz, waarvan de akte is bezegeld door Cornelis van der Maet, heer van de Vrije Hoeve, nog verbonden heeft 5 morgen land in Kalverenbroek, tussen de Reewal en het land van Jaep Huygen (O = het land van Leendert Dirckxz; W = het land van Aryen Cornelisz Stolwijck).
• Regest 0001/414
  Schout en buurlieden in Kalverenbroek oorkonden dat Aryen Cornelisz Stolwijck tot meerdere zekerheid van zijn schuld jegens Pieter Dirckxz. van Asperen nog verbonden heeft 5 morgen land in Kalverenbroek, tussen de Reewal en het land van Jaep Huygensz (O = het land van Leendert Dircxz; W = het land van Aryen voornoemd).
• Regest 0001/415
  Schout en buurlieden in de heerlijkheid van Kalverenbroek oorkonden dat Willem Jacobsz te Oudewater verklaard heeft schuldig te zijn aan Dirck Hennensz een rente van 12 gulden per jaar, losbaar met 200 Carolusgulden, onder verband van 5 morgen land in Kalverenbroek (O = het land van Leendert Dircksz, W = Willem voornoemd).
• Regest 0001/416
  Het Hof van Holland, provisioneel uitspraak doende in het proces tussen burgemeesters van Haastrecht enerzijds en burgemeesters van Gouda anderzijds, verklaart dat de inwoners van Haastrecht aan de steiger van Gouda vracht zullen mogen innemen en deze oostwaarts voeren.
• Regest 0001/417
  Gezworenen van het land van Stein verklaren dat Gerryt Willem Geerloffsz met vrouw en kinderen erkend heeft van de koper Jan Thin Willemsz de koopsom van zijn hofstede te hebben ontvangen op 376 Karolusgulden en 10 stuivers na, waarvoor de hofstede verbonden blijft.
• Regest 0001/418
  Koning Filips II, overwegende dat het welvaren van de stad Gouda, na de achteruitgang van de brouwnering, berust op het handelsverkeer, geeft de stad toestemming om ten behoeve van de aanleg en verbetering van de rijwegen langs de Goudkade en elders, voor het verleggen van de Vismarkt en het maken van straten, landen en huizen volgens taxatie van onpartijdige personen te onteigenen, en gedurende acht jaren ter tegemoetkoming in de kosten, van elk schip, groot of klein, dat de Goudkade gebruikt, één stuiver Brabants, en van elke wagen, die de Goudkade of andere nieuw- aangelegde wegen berijdt een halve stuiver te heffen.
• Regest 0001/419
  Baljuw en schout, en buurlieden in de ban van Kalverenbroek oorkonden dat Adriaen Cornelisz tot meerdere zekerheid van zijn schuld aan Neeltge Claesdr, oud ca. 22 jaren, en Marigje Claesdr, oud ca. 18 jaren, waarvan de akte is bezegeld door Cornelis van der Maet, heer van de Vrije Hoeve, nog verbonden heeft zijn huis met 5 morgen land in Kalverenbroek, tussen de Reewal en het land van Jaep Huygensz (O = het land van Leendert Dirckxz., W = het land van Aryen voornoemd).
• Regest 0001/420
  Schepenen oorkonden dat de burgemeesters Bastiaen Rutgersz tot wederopzegging toestemming hebben gegeven om een deurkozijn te plaatsen in de westgevel van zijn huis genaamd "'t Hemelrijck" in de Twijstraat bij de Hoornbrug, onder voorwaarde dat de deur naar binnen opengaat, stoepen of banken achterwege worden gelaten, en dat de deur alleen bij oosten- of noordenwind open blijft staan.