Gegevens & afbeeldingen » Regesten uit het Archief van de stad Gouda

Objecten

• Regest 0001/421
  Burgemeesters, schepenen en raad geven vidimus van de akte van 26 februari 1431 (reg. nr. 108) waardoor deze gestoken is, en bepalen de geldswaarde van de boeten.
• Regest 0001/422
  Schepenen oorkonden dat Adriaen Joestenz aan de dekens van de Sint Joostkapel de eigendom van een huis aan de oostzijde van de Gouwe, zuidwaarts van Wouter Jacobsz, noordwaarts van Jochum Govertsz, belast met een rente van twee schilden per jaar, heeft overgedragen, onder beding dat hij het huis voor 32 Karolusgulden terug mag kopen, en het mag huren voor 2 Karolusgulden van 20 stuivers per jaar.
• Regest 0001/423
  Het Hof van Holland machtigt het stadsbestuur van Gouda om maatregelen te nemen tegen degenen die onwillig zijn om de stad geld te lenen voor het kopen van koren ten behoeve van de armen, en die weigeren wachtdienst te vervullen.
• Regest 0001/424
  Schepenen, burgemeesters en raad van Heusden oorkonden dat Hans Hes, oud ca. 63 jaren, Dierck Jacobsz, oud ca. 56 jaren, en Dierck Claesz, oud ca. 52 jaren, poorters van Heusden, op verzoek van Peeter Feessen, poorter te Gouda, hebben verklaard dat zij, ofschoon zij jarenlang hop hebben vervoerd, zich niet kunnen herinneren te Dordrecht voor stapelrecht meer dan één stuiver voor een zak hop gegeven te hebben.
• Regest 0001/425
  Jan Hey Gerritsz, oud 53 jaren, mr. Pieter van Asperen, oud 60 jaren, beiden oud-schout van Gouda, Johan Pietersz, oud 45 jaren, schout van Gouda, Dirck Cornelisz van Reynegum, rentmeester van de grafelijkheidsdomeinen en Pieter Gerritsz, oud 42 jaren, gezworen roedrager van Gouda, verklaren op verzoek van de burgemeesters van Gouda, dat de polder Broek en Thuyl tot de hoge en lage jurisdictie van Gouda behoort en dat de kaden geschouwd worden door de schout van Gouda met de heemraden.
• Regest 0001/426
  Koning Filips II, gehoord de Grote Raad, bevestigt de uitspraak van het Hof van Holland van 6 april 1560.
• Regest 0001/427
  Koning Filips II brengt op verzoek van burgemeesters, schepenen en gemene vroedschap enige wijzigingen aan in het privilege gegeven door Philips van Bourgondië op 23 december 1451 (inv.nr. 0001. 453), en bekrachtigt de overige bepalingen.
• Regest 0001/428
  Tresorier-generaal en gecommitteerden van de domeinen van de koning, geven de visserij in de sluis naast het slot aan de stad Gouda in erfpacht voor 3 £ van 40 groten Vlaams per jaar.
• Regest 0001/429
  Jan Willemsz belooft de plating van de stadsgracht, voor zijn schuur aan de singel buiten de Tiendewegspoort (N = Feys Jan Feysz), die op stadskosten zal worden gemaakt, te onderhouden.
• Regest 0001/430
  Feye Jan Feysz belooft de plating van de stadsgracht voor zijn huis aan de singel buiten de Tiendewegspoort (Z = de schuur en tuin van Jan Willemsz), die op stadskosten zal worden gemaakt, te onderhouden.
• Regest 0001/431
  Schout en ambachtsbewaarders van het Zuideinde van Waddinxveen verkopen namens de ingezetenen van het ambacht aan de burgemeesters van de stad Gouda de landscheiding, onder voorwaarde dat de stad Gouda deze kade zal onderhouden tot een waterkering tussen het Noordeinde en het Zuideinde van Waddinxveen en dat de ingezetenen en ingelanden van het Zuideinde over de kade mogen lopen en rijden.
• Regest 0001/432
  De schout in het ambacht van Zevenhuizen oorkondt dat de oudmolenmeesters en de tegenwoordige molenmeester van de Clampmolen aldaar aan Chaerles van Bourgoingnen, heer van Sommerdijk, Zevenhuizen enz. verkocht hebben de Moortse zijdwinde aldaar, vanaf de keerweg tot de landscheiding, zoals zij deze indertijd overgenomen hebben van heer Willem van Alkemade, heer van Zoeterwoude en Stompwijk, onder voorwaarde dat de bouwkosten van de brug in de zijdwinde zullen komen voor rekening van de molenmeesters voornoemd, maar dat het onderhoud betaald zal worden door de koper voor de ene helft en door de molenmeesters voornoemd voor de andere helft.
• Regest 0001/433
  Het Hof van Holland machtigt de burgemeesters van Gouda om hen die weigeren wachtdienst te verrichten daartoe te dwingen.
• Regest 0001/434
  Schepenen oorkonden dat Hendrick Jansz Dans, oud 70 jaren, Hendrick Adriaensz, oud 64 jaren, Frans Dircksz, oud 59 jaren, Jop Pietersz, oud 50 jaren, Willem Jansz, oud 48 jaren, Dirck Pietersz, oud 45 jaren, Dammis Claesz, oud 42 jaren, Maerten Cornelisz, oud 39 jaren, Jan Dircksz, oud 38 jaren en Evert Jansz, oud 38 jaren, op verzoek van de burgemeesters van Gouda, hebben verklaard dat zij hun leven lang hebben gevaren naar Dantzig, Koningsbergen, Denemarken, Noorwegen, Hamburg, Engeland, Schotland, Vlaanderen, Frankrijk en elders, en dat zij hun lading langs Den Briel naar allerlei plaatsen in Holland, ook naar Delfshaven en Rotterdam, hebben gebracht zonder deze ooit gelost te hebben te Dordrecht, en zonder dat zij, behoudens de laatste twee of drie jaren, daardoor moeilijkheden hebben ondervonden.
• Regest 0001/435
  Schepenen oorkonden dat Thonis Jansz, oud 80 jaren, Adriaen Jansz, Dirck Ottersz van Slingelant, Willem Dircksz Bockhoven, oud 60 jaren, Frans Dircksz, oud 57 jaren, Cornelis Maertsz, oud 58 jaren, Willem Claesz, oud 62 jaren, Willem Cornelisz, oud 55 jaren, Jasper Cornelisz, oud 46 jaren, Cornelis Gerritsz, oud 50 jaren, Harman Dircksz Sterre, oud 32 jaren en Adriaen Pietersz, oud 29 jaren, poorters van Gouda, op verzoek van burgemeesters verklaard hebben, dat zij al jaren vissen in de vaarwetering op Kort Haarlem, van de Sluipwijkse brug tot de Willens, in het land van Stein, en verder tot de IJsseldijk toe, zonder dat zij daarin ooit gehinderd zijn.
• Regest 0001/436
  Schout, burgemeesters, waarsluiden en gemeente van Haastrecht komen met gedeputeerden van Gouda en van de Hoge Boezem overeen dat uitgaven van ruitergeld, processen van schuitenvoerders tegen tollenaars, klapwakersgeld, voor gevangenen e.d. niet meer op de buitenlandse rekening zullen worden gebracht.
• Regest 0001/437
  De schout in het ambacht van Zevenhuizen oorkondt dat de oudmolenmeesters en de tegenwoordige molenmeesters van de Clampmolen aldaar voor de naleving van het contract van 26 maart 1567 zich verbonden hebben als volgt: Adriaen Dirxsz Stuiver met 10½ hont land, strekkende van de oude watering oostwaarts tot het land van het weeskind van Aelwyn Ariaensz (N = Jacob Maertsz, Z = Louweris Willemsz); Adriaen Cornelisz van der Meer met ca. 3 morgen land, strekkende van het land van Mees Pietersz oostwaarts tot het land van Maerten Claesz Rou, (N = de heer van Sommerdijk, Z = de zijdwinde); Michie Engelsz met zijn huis, erf, berg, schuur en 11½ morgen land strekkende van de Zwanlansche weg westwaarts tot de oude watering (N = Dirck Jansz en Jaspert Ornasz, Z = Jacob Maertsz); Adriaen Pietersz met 5 hont land strekkende van het land van Maerten Claesz Rou tot het land van Cors Claesz Bregert (N = Maerten Claesz, Z = de zijdwinde); Cors Claesz Bregert met ca. 3 morgen land strekkende van het land van Marten Claesz en Arien Pietersz oostwaarts tot de Oostvaart en het hek (N = de heer van Sommerdijk, Z = de zijdwinde); en de molenmeesters met ca. 1 morgen land, strekkende van de Oostvaart tot de landscheiding (N = Adriaen Jansz de lustige, Z = de zijdwinde).
• Regest 0001/438
  Het Hof van Holland bekrachtigt het akkoord tussen het stadsbestuur van Gouda en de baljuw en dijkgraaf van Schieland waarbij laatstgenoemde de burgemeesters van Gouda machtigt de schepen van degenen die de plakaten op het dragen van turf over de IJsseldijk overtreden aan te houden.
• Regest 0001/439
  Johan van Ligne, graaf van Aremberg, heer van Nieuwerkerk enz. benoemt IJsbrant Huygensz tot schout van Nieuwerkerk wegens het overlijden van de schout Jan van Dam, tegen betaling van 15 Carolusgulden van 20 stuivers per jaar.
• Regest 0001/440
  Koning Philips II, gevolg gevende aan een desbetreffend verzoek van burgemeesters en regeerders van de stad Gouda, bekrachtigt de oude plakkaten, waarbij de binnenlandse vaart buiten Gouda om, in het bijzonder door de Goejanverwellesluis, verboden wordt.