Instantiation

Naam

Regest 0091/813

Datum

25 mei 1528

Plaats

Tekst

nl Pater en gemeen-broeders van St. Paulus, genaamd het Collatiehuis, oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Jan Allertz. 6 Carolusguldens per jaar aan rente, losbaar de penning 16, onder verband van hun huizen gelegen in de Spieringstraat.

Bron

SAMH 0091.17 Algemeen, Cartularium van het Collatiehuis, aangelegd ca. 1469 (vóór 1483), bijgehouden tot 25 mei 1528; met aantekeningen, meest van financiële aard, tot ca. 1 november 1543. <ZR>In dat jaar begon Hendrik van Arnhem de kroniek op te stellen, die het laatste gedeelte van het handschrift uitmaakt. Verschillende oorkonden zijn met dezelfde hand geschreven. Achtte A.H.L. Hensen deze overwegeningen niet voldoende om te beslissen, dat wij hier met een autograaf van de genoemde rector van het Collatiehuis te doen hebben (zie zijn inleiding voor de uitgave van de kroniek in Bijdragen en Mededelingen van het Historisch Genootschap, XX, p.3), voortgaand onderzoek doet deze aarzeling overwinnen. In jongere registers (o.a. inv.nr. 53, fol.5) wordt telkens verwezen naar het "Magnum registrum scriptum manu domini Henrici Aernhem, rectoris huius domus". Vergelijking van de aanhalingen brengt dan tot de conclusie, dat hiermede het onderhavige cartularium bedoeld moet zijn. Ook de notitie op fol. 30 van het cartularium, waar van Geertruud, echtgenote van Henricus van den Hage, die blijkens inv.nr. 53, fol. 5, in 1493 stierf, als van een nog levende persoon wordt uitgesproken, wijst er op, dat het handschrift van vroeger dan het begin van 16e eeuw moet dateren, waarop het door Dalm. van Heel (Catalogus van de handschriften, berustende in de Goudse Librye, p. 28) ten onrechte was gesteld. Een andere vraag is, of sommige oorkonden niet reeds vóór 1483 - het jaar, waarin de schrijver zijn kroniek begon - in het cartularium zijn geboekt. Hendrik van Arnhem aanvaardde zijn rectoraat in 1456: registrering van oorkonden tussen 1456 en 1483 is dus heel goed mogelijk

Bladzijde(n)

36v resp. 71

Commentaar

nl De afschriften zijn gecancelleerd. Inv.nr. 0091. 17: In de marge staat dat de rente is afgelost op 24 juli 1529. Boven het afschrift wordt de koper nader aangeduid als "Johannes Allardus die lijndrayer". Inv.nr. 19: Onder het afschrift staat aangetekend, dat de Collatiebroeders deze rente in 1528 verkocht hebben om uit de opbrengst daarvan de kosten te dekken van hun aankoop ener rente van 21 Rijnse guldens, welke aankoop was opgelegd in verband met de bezetting van Utrecht door de Bourgondiërs (zie nr. 812). In de marge staat dat de rente is afgelost op 24 juli 1529

Commentaar

Er is bij dit item nog geen commentaar toegevoegd. Ben de eerste die bijdraagt aan dit item!

Ik stem ermee in dat mijn bijdragen beschikbaar wordt gemaakt onder een CC BY-SA licentie.