Dataset

Naam

nl Spieringstraat-Patersteeg, Gouda (2019)

Omschrijving

In opdracht van Rho Adviseurs heeft IDDS Archeologie in september 2018 een archeologisch bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (IVO), verkennende fase, uitgevoerd aan de Spieringstraat-Patersteeg in Gouda, gemeente Gouda. De aanleiding voor dit onderzoek is de geplande herontwikkeling van het plangebied. De herontwikkeling valt uiteen in twee delen: de woonhof ten noorden van de Patersteeg en de horecahof ten zuiden van de Patersteeg. Voor de woonhof bestaat reeds een bureauonderzoek en is tevens een booronderzoek uitgevoerd. De horecahof is nog niet eerder onderzocht. Door de gemeentearcheoloog is vastgesteld dat voor de horecahof daarom nog een bureauonderzoek moet worden uitgevoerd. De doelstelling van het bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied. Door de gemeentearcheoloog is tevens geadviseerd de bureaustudie mee te nemen bij de archeologische en milieukundige boringen. Het doel van het inventariserend veldonderzoek is het toetsen en zo nodig aanvullen van de gespecificeerde verwachting. Uit het bureauonderzoek blijkt dat in het plangebied een verwachting geldt voor vijf archeologische perioden. Op de oeverzettingen van het veenriviertje de Gouwe kunnen in principe vondsten en bewoningsporen uit de (laat?) Romeinse tijd en Vroege Middeleeuwen aanwezig zijn. In de Late Middeleeuwen lag het plangebied binnen de hof van de heren van Goude. De bebouwing in deze periode zal grotendeels uit houtbouw bestaan hebben, en vermoedelijk ook een deels agrarisch karakter hebben gehad. Vanaf circa de 13e eeuw kunnen ook gebouwen in baksteen of natuursteen zijn opgetrokken. In 1386 werd het Sint Margrethaklooster gesticht, in eerste instantie aan de westzijde van de Spieringstraat. Vanaf 1393 betrok het klooster een reeds bestaand pand aan de oostzijde van de Spieringstraat, wellicht op de hoek met de Patersteeg. Het bestaande pand dateerde mogelijk van na de opdeling van de grafelijk hof, ergens in de 14e eeuw. Het hele plangebied maakte deel uit van het kloosterterrein, maar over de indeling van het kloosterterrein is weinig bekend. In het plangebied mogen resten van gebouwen worden verwacht die bij het klooster hoorden, maar ook van andere onderdelen van het klooster zoals de kloostermuur, waterputten, beerputten, afvalkuilen en dergelijke. Van de derde kapel van het klooster is bekend dat deze zich twee percelen ten zuiden van het latere weeshuis bevond en dat ten noorden en zuiden van de kapel een kerkhof lag. Daarnaast is bekend dat het latere priesterhuis, gelegen op de hoek van de Patersteeg, nabij of op het terrein van het voormalige kerkhof is gebouwd. Op basis daarvan kunnen in het plangebied resten van het kerkhof aanwezig zijn. Ook de kapel zelf, of één van diens voorgangers, kan in het plangebied hebben gestaan. Grote delen van het klooster zijn afgebrand in 1572. Ook hiervan kunnen sporen worden aangetroffen in het plangebied. Het kloosterterrein raakte daarna opnieuw bebouwd met huizen die tussen 1603 en 1642 zijn aangekocht door het weeshuis. Het booronderzoek heeft onvoldoende informatie opgeleverd om het verwachtingsmodel verder te kunnen specificeren. De natuurlijke ondergrond is alleen aangetroffen in boring 7. In deze boring is de bodemopbouw vanaf 1,1 m –mv (-0,6 m NAP) als intact te beschouwen. De lagen daarboven zijn omgewerkt en/of opgebracht. In de overige boringen zijn alleen omgewerkte en/of opgebrachte lagen aangetroffen. Boringen 1, 4, 5, 6 en 8 zijn gestuit, mogelijk op historische funderingen. Boringen 2 en 3 konden wel dieper door worden gezet maar in deze boringen is een vermoedelijke grachtvulling aangetroffen waarvan de onderzijde binnen de maximale boordiepte van 3,9 m –mv (-3,8 m NAP) waarschijnlijk niet bereikt is. Tijdens het onderzoek is geconstateerd dat het hele plangebied (woonhof en horecahof) een hoge archeologische verwachting heeft. Er wordt geadviseerd deze verwachting te controleren middels het aanleggen van enkele proefsleuven. Met deze proefsleuven kan worden gecontroleerd of de mogelijke funderingen waarop diverse boringen zijn gestuit daadwerkelijk historische funderingen betreffen. Ook kan worden bepaald of de mogelijke grachtvulling die in boringen 2 en 3 is aangetroffen inderdaad als zodanig geïnterpreteerd kan worden. Archeologische begeleiding van de nieuwbouwwerkzaamheden kan een alternatief zijn voor proefsleuvenonderzoek. Dit dient afgestemd te worden met de bevoegde overheid (de gemeente Gouda).

Datum publicatie

31 oktober 2019

Citatie

S Moerman, 2019, "Spieringstraat-Patersteeg, Gouda Gemeente Gouda", https://doi.org/10.17026/dans-xpy-xprg, DANS Data Station Archaeology, V1

Auteur

S Moerman

Contactpersoon

DFAM Biggelaar, van den (IDDS Archeologie)

Geometrie

Commentaar

Er is bij dit item nog geen commentaar toegevoegd. Ben de eerste die bijdraagt aan dit item!

Ik stem ermee in dat mijn bijdragen beschikbaar wordt gemaakt onder een CC BY-SA licentie.