-
Moerbeistraat
moerbei (wetenschappelijke naam: Morus), een geslacht van tien tot zestien soorten bladverliezende vruchtbomen uit de moerbeifamilie. De planten komen van nature voor in de warm-gematigde streken en subtropische regio's van Azië, Afrika en Noord-Amerika. De vrucht van de moerbei is eetbaar en een dankbaar ingrediënt in gebak en wijnen en voor het maken van jam. De bast wordt wel gebruikt om papier van te maken. Het blad van de witte moerbei is het enige voedsel van de zijderups, die zijde produceert.
-
Moestuin
-
Moleneind
de naam is ontleend aan de gelijknamige straat in Dwingeloo (Drenthe). Met de naam 'moleneind' wordt meestal bedoeld: het uiterste gedeelte van de nederzetting of van ontgonnen gronden waar de molen staat. Zo is Moleneind, een buurtschap ten oosten van Oirschot (Noord-Brabant), vernoemd naar een windmolen die in het begin van de 14e eeuw aan de rand van de toenmalige heide is gebouwd.
-
Molenmeesterslag
molenmeester, in sommige polders de aanduiding van het lid van het dagelijks bestuur dat onder meer belast was met de inning van het molengeld (dat eigenaren van landerijen moesten betalen voor de kosten van bemaling).
-
Molenomloop
de omloop of stelling van een molen. Een molen binnen de bebouwde kom moet hoog genoeg zijn en eigenlijk boven de bebouwing uitsteken om voldoende wind te kunnen vangen. Om de molen te kunnen bedienen moet er halverwege de hoogte een omloop zijn (ook wel stelling, zwichtstelling, galerij, gaanderij of balie genoemd), die rondom de molen loopt. Vanaf deze omloop kan de molenaar de molen kruien (de wieken op de wind draaien). Zie ook Baliemolenerf.
-
Mondlanestraat
Eduardo Chivambo Mondlane (1920-1969), een Mozambikaanse politicus. Na diverse studies in het buitenland sloot hij zich in Mozambique aan bij de verzetsbeweging tegen Portugal (waar Mozambique toen nog een kolonie van was). Mondlanes grote verdienste was het samenvoegen van drie rivaliserende verzetsgroepen tot één verzetsgroep, FRELIMO (Frente de Libertação de Moçambique). Dankzij Mondlane's liberaal en pragmatisch leiderschap verwierf hij zowel de steun van het Westen als van de Sovjet-Unie. Hij kwam om het leven door een bomaanslag op zijn kantoor in Dar es Salaam.
-
Moreauhof
Jacob François Moreau (ca. 1684 - 1751), de bouwer van het gelijknamige orgel in de Sint-Janskerk. In 1732 besloot het toenmalige kerkbestuur tot vervanging van het in zeer slechte staat verkerende, uit 1558 daterende, orgel van Hendrik Niehoff. De keuze viel op de uit Vlaanderen afkomstige en in Rotterdam wonende orgelbouwer Moreau. Voor het destijds hoge bedrag van 47.642 guldens, 19 stuivers en 8 penningen bouwde hij een orgel met 52 registers, verdeeld over 3 klavieren en pedalen. Na een bouwtijd van drie jaren werd het nieuwe instrument op 13 mei 1736 in gebruik genomen. Het orgel onderging in de 18e, 19e en 20e eeuw nog talrijke wijzigingen, wat vooral werd veroorzaakt door wensen van de organisten.
-
Mosstraat
de plantengroei in het voormalige Goudse Bos, waarvan de bodem ongetwijfeld op veel plaatsen met mos was begroeid. Mossen (wetenschappelijke naam: Bryophyta) zijn kleine groenblijvende planten. Vaak hebben ze stengels en bladeren, maar ze hebben geen wortels waarmee ze voedingsstoffen kunnen opnemen en ze hebben ook geen transportsysteem voor water. Mossen zijn vroeg in de evolutie ontstaan; er zijn fossielen gevonden van 475 miljoen jaar geleden.
-
Motetplein
motet, een in het algemeen door zangers uitgevoerde, meerstemmige compositie met Bijbelse, gewoonlijk Latijnse, teksten. Het woord stamt uit het Latijn en betekent zoveel als 'mondelinge uiting'. Andere bronnen zoeken de oorsprong in het eveneens Latijnse werkwoord movere (bewegen), wat de onderlinge beweging van de verschillende stemgroepen van het koor uitdrukt. De term 'motet' werd voor het eerst gebruikt in de middeleeuwen. In de Renaissance, maar ook in latere tijden, zijn er nog motetten geschreven waaronder in de Barok door Johann Sebastian Bach.
-
Mozartstraat
Wolfgang Amadeus Mozart (1756 - 1791), een Oostenrijkse componist, pianist en dirigent. Mozart was een wonderkind; al op zeer jonge leeftijd bespeelde hij een aantal instrumenten en componeerde hij stukken. Omdat hij zich in zijn geboortestad Salzburg weinig gewaardeerd voelde, verhuisde hij in 1781 naar Wenen waar hij zijn grootste muzikale triomfen vierde. Persoonlijk ging het hem minder voor de wind: door het vele werk dat hij aannam verslechterde zijn gezondheid, vier kinderen overleden op jonge leeftijd en een dure levensstijl leidde bijna zijn hele leven tot geldzorgen. Mozart schreef concerten voor viool en piano, symfonieën, opera's, strijkkwartetten en pianosonates. Tot zijn bekendste werken behoren de opera's 'Don Giovanni' , 'Die Zauberflöte' en 'Le nozze di Figaro' en het onvoltooide 'Requiem'.
-
Muidenweg
de Hanzestad Muiden. De eerste vermelding van Muiden dateert uit 953. In 1122 kreeg Muiden stadsrechten van keizer Hendrik V, hetgeen Floris V in 1296 herhaalde. Door de ligging aan de Zuiderzee en de Vecht, een belangrijke handelsweg tussen Noord-Duitsland en Vlaanderen, en de nabijheid van het handelscentrum Utrecht, werd Muiden een belangrijke haven. In de 13e eeuw vonden rond Muiden regelmatig gevechten plaats tussen de graven van Holland en Gelre, die langs de Vecht hun macht trachtten uit te breiden. De bouw van het Muiderslot en de ombouw tot vesting, vooral gericht op de verdediging van Amsterdam, maakten een eind aan Muidens rol als voorhaven van Utrecht.
-
Muilenpoort
Jan Jansz. Muyl, die in het eind van de zestiende eeuw op de Groeneweg woonde.
-
Muntgaarde
munt (wetenschappelijke naam: Mentha), een geslacht van meerjarige planten uit de lipbloemenfamilie. Ze hebben sterk geurende stoffen (menthol) die gebruikt worden in diverse producten als smaak- en geurstof, bijvoorbeeld in snoep, thee en tandpasta. Enkele soorten zijn: watermunt, akkermunt, hertsmunt, aarmunt en witte munt.
-
Muziekpad
de ligging van het pad als een verbinding tussen straten met muziektermen en straten met componistennamen.
-
Nachtegaalstraat
nachtegaal (wetenschappelijke naam: Luscinia megarhynchos), een zangvogel uit de familie van kleine lijsterachtigen. Het is een trekvogel die zich tussen april en oktober in West-, Zuid- en Midden-Europa en tot in Midden-Azië voorkomt om te broeden. Nachtegalen komen in Nederland vooral voor in de duinstreek, in Flevoland en in het midden en zuidoosten van Noord-Brabant, in loofbossen en parken met dicht struikgewas, vaak met bramen en brandnetels. In de volkstradities kondigt de nachtegaal de lente aan. Hij is ook het symbool van de liefde, die al eeuwenlang dichters en componisten inspireert.
-
Nansenstraat
prof. Fridtjof Wedel-Jarlsberg Nansen (1861 - 1930), een Noorse wetenschapper, ontdekkingsreiziger en diplomaat. Nansen was bioloog, gespecialiseerd in de zoölogie (dierkunde). Op 21-jarige leeftijd maakte hij zijn eerste reis naar de zeeën rond Groenland. In 1888 - 1889 stak hij op langlauf-ski's het 3000 meter hoge ijsmassief van Groenland over. In 1893 voer hij in het speciaal daarvoor gebouwde schip 'Fram' naar de Noordpool. Uiteindelijk kwam hij te voet tot 86° 14' noorderbreedte, destijds de dichtste benadering van de geografische Noordpool. In de jaren 1906 - 1908 was Nansen namens Noorwegen ambassadeur in Londen. Na de Eerste Wereldoorlog kreeg hij een hoge functie in de Volkenbond, waarbij hij zich inzette voor het lot van vluchtelingen en statenlozen. Daarvoor ontving hij in 1922 de Nobelprijs voor de Vrede.
-
Nederhorstpad
-
Negenhoeven
de negen straten waarvan de naam eindigt op '-hoeve', waarop deze straat toegang geeft.
-
Nessepolderstraat
de Nessepolder tussen Boskoop en Alphen aan den Rijn, ten westen van de Gouwe. Deze Nessepolder, gesticht vóór 1529, was ooit een nauwelijks toegankelijk weidegebied met vele slootjes, maar is inmiddels veranderd in een gebied met landbouwwegen en boomkwekerijen. De polder is bemalen door de 'Molen van Slootjes' aan de Otweg, tot in 1906 de polder Kerk en Zanen de bemaling overnam; een jaar later werd de molen gesloopt. In het westen van Nederland liggen diverse polders met deze naam. Dat is niet verwonderlijk aangezien 'nessepolder' betekent: vochtige, natte polder.
-
Nieburg
Nieburch, een kasteeltje dat omstreeks 1316 ten zuiden van Zoeterwoude is gebouwd. In 1319 zijn de kinderen van Jan van Meerburch beleend met het kasteeltje, dat daarna bekend raakte onder de naam 'Meerburg'. Zie ook Meerburgstraat.