Regesten uit de archieven van de kloosters te Gouda

Collectie

Objecten

Geavanceerd zoeken
  • Regest kloosters 804
    Notaris ..... oorkondt, dat drie gezusters, religieuzen, te weten Peternella, genoemd "canonixeerse" van het convent van St. Margareta achter de St.-Janskerk, joffer Johanna Jansdr en Katherina Jansdr verklaard hebben, dat haar moeder, joffer Alijt van Naaldwijk, op 5 mei 1471 in tegenwoordigheid van haar kinderen aan het genoemde convent geschonken heeft 3 morgen en 1 hont land, gelegen in het land van Alphijn, van welke schenking door hem, notaris, enige akten ten behoeve van belanghebbenden "in duutscer sprake" worden opgemaakt.
  • Regest kloosters 805
    Burgemeesteren, schepenen, raad en vroedschap der stede van de Goude oorkonden, dat zij met toestemming van Keizer Karel V verkocht hebben aan Maritgen Willem Pieterszoonsdr van Pinakel, geprofeste zuster van S. Maria Magdalenenklooster, een lijfrente van 10 schellingen groten Vlaams.
  • Regest kloosters 806
    Gherryt Gheerlofz. verklaard heeft schuldig te zijn aan broeder Cornelis Aertz., zijn oom, wonende bij de Collatiebroeders, 80 pond groten Vlaams, waarvan de rente, 5 pond per jaar bedragende, door broeder Cornelis Aertz. zal kunnen worden gebruikt voor alles wat voor zijn gezondheid nodig is. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 807
    Schout en gezworenen in het land van Haastrecht oorkonden, dat Jan Louwerisz verklaard heeft schuldig te zijn aan Marthijn Jacobz 9 schilden per jaar aan rente, staande op 3 morgen land, gelegen in Bilwijk in het land van Haastrecht, alsmede op het vierde gedeelte van de steenplaats, gelegen beneden Haastrecht achter de poort (O = de pastorie van Haastrecht met een stuk land, genaamd "dat sandt"; W = die van Bergambacht "myt haeren boesen ende kaelandt"). De rente is losbaar door betaling van 150 schilden.
  • Regest kloosters 808
    De schout van Oudshoorn oorkondt, dat Bouwen Arienz verkocht heeft aan Willem Vroessz 6 Rijnse guldens per jaar aan losrente, staande op 7 morgen land, gelegen in de ban van Oithorn, begrensd door de Rijn. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 809
    Schout en gezworenen in het ambacht van Stolwijk oorkonden, dat Cornelis Jansz verklaard heeft schuldig te zijn aan Jan Allertz. 3 Rijnse guldens per jaar aan rente, staande op zijn hofstede met 14 1/2 morgen land, gelegen in Beyersom. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 810
    Schout en gezworenen in het ambacht van Stolwijk oorkonden, dat Cornelis Claes Aerntsz verklaard heeft schuldig te zijn aan Jan Jacobsz van Nieuwerkercke 8 Karolusguldens per jaar aan rente, staande op zijn hofstede met 3 morgen en 1 1/2 hont land, gelegen Bovenkerk, en op 3 1/2 morgen land, gelegen beneden de kerk. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 811
    Schout en gezworenen van Stolwijk oorkonden, dat Pauewe Gheerlofz. verklaard heeft schuldig te zijn aan Jan Ghijsbertsz 3 Rijnse gulden per jaar aan rente, staande op 3 1/2 morgen land, gelegen beneden de kerk, mede onder waarborg van zijn vader Gheerloff Mairtssz De rente is aflosbaar tegen de penning 16.
  • Regest kloosters 812
    Burgemeesteren, schepenen, raad, oud-raad, 8 dekens en de gemeen- nering der stede van Dordrecht, alsmede burgemeesteren, schepenen, raad en alle die gemeente en inwoners van de steden van Haarlem, Delft, Leiden en Gouda oorkonden, dat zij met toestemming van de grafelijkheid, wegens de grote nood, verkocht hebben aan de Collatiebroeders te Gouda een rente van 21 pond per jaar tegen betaling van 336 pond. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 813
    Pater en gemeen-broeders van St. Paulus, genaamd het Collatiehuis, oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Jan Allertz. 6 Carolusguldens per jaar aan rente, losbaar de penning 16, onder verband van hun huizen gelegen in de Spieringstraat.
  • Regest kloosters 814
    Schout en gezworenen in het ambacht van Stolwijk oorkonden, dat Geerlof Jansz verklaard heeft schuldig te zijn aan Aernt Claesz 12 schilden per jaar aan rente, staande op de helft van zijn hofstede met 4 morgen land, gelegen in Bovenkerk, alsmede op 4 1/2 morgen land, gelegen in Koolwijk. De rente is losbaar door betaling van 200 schilden.
  • Regest kloosters 815
    Schout en gezworenen in Polsbroek in het gerecht van IJsselstein oorkonden, dat Dirc Jansz en Janneken (Munters), zijn vrouw, aan het convent van de Collatiebroeders te Gouda hebben overgedragen een rentebrief van 22 1/2 schild per jaar, oorspronkelijk verschuldigd door Jacob Rons, welke rente op 300 schilden na gelost is, zodat de akte thans nog slechts 15 schilden per jaar opbrengt.
  • Regest kloosters 816
    Schout en buurlieden in het ambacht en het land van Moordrecht oorkonden, dat Gherrit Geerloffz., tollenaar van der Goude, verklaard heeft schuldig te zijn aan Lieven Gherritsz 3 pond groten Vlaams per jaar aan rente, staande op 4 viertel land, gelegen in het genoemde ambacht, met een oppervlakte van ca. 18 morgen, zich uitstrekkende van de Veenweg tot de Tiendeweg. De rente is aflosbaar tegen de penning 16.
  • Regest kloosters 817
    Lyeven Gerritsz verklaart verkocht te hebben aan de pater van St. Paulusbroers 3 pond groten per jaar aan rente, staande op 18 morgen land, gelegen in Moordrecht, welk land toebehoort aan Gerryt Geerlofsz.
  • Regest kloosters 818
    Broeder Jan van Emmeric, pater, en gemeen-convent, genaamd de Collatiebroeders, verklaren ontvangen te hebben van meester Heyman Claesz, door bemiddeling van broeder Cornelis Volpartz., de glaesmaker, 1 pond groten Vlaams, welk bedrag Heyman Claesz aan deze schuldig was van wege een glas, gemaakt ten behoeve van wijlen Jacob Mourisz, de vorige echtgenoot van Heyman Claeszoon's vrouw, met dien verstande dat, als nog een kwitantie van 9 Rijnse guldens, ondertekend door broeder Cornelis Volpartz., gevonden zou worden, het klooster het bedrag van 1 pond groten Vlaams vermeerderd met 3 Rijnse guldens, aan Heyman Claesz zal terugstorten.
  • Regest kloosters 819
    Mr. Reynier Brunt, procureur- generaal en raad van Holland, stelt voorlopige voorwaarden vast voor een te sluiten akkoord tussen keizer Karel V en de stad Gouda, in zake aankoop door de grafelijkheid van het land van Stein.
  • Regest kloosters 820
    Broeder Jan van Emmeric, pater van de Collatiebroeders, verklaart van wege het convent volledig betaald te zijn door Steyelt, Wouter Dericxzoon's weduwe, in zake een vordering, die het klooster had op haar huis aan de Oosthaven.
  • Regest kloosters 821
    Broeder Jan (van Emmeric), pater van het Collatiehuis, verklaart, dat het klooster jaarlijks zal uitbetalen 2 Rijnse guldens aan Willem Kersz te Oudewater, zijnde het aandeel, dat hij heeft in een rente van 2 pond per jaar, staande op een huis aan de Oosthaven. De pater verbindt zich, voor het geval het huis de bedoelde rente niet meer zou opbrengen, de rente of de hoofdsom (32 Karolusguldens) uit de kas van het klooster aan Willem Kersz uit te betalen.
  • Regest kloosters 822
    Schout en gezworenen in het ambacht van Stein oorkonden, dat Reynier Heynricxsz Paeu verkocht heeft aan mr. Lambrecht Willemsz van Delff, pater van St.- Catharinaklooster, een viertel land, gelegen in de Willens "streckende van der halven IJssel tot nyeuwen Broexweg toe".
  • Regest kloosters 823
    Schout, burgemeetseren, schepenen en raad der stad van Utrecht oorkonden, dat zij met consent van de keizerlijke majesteit verkocht hebben aan broeder Franck Aelbert Foeckenz., wonende te Goude, een lijfrente van 7 pond 4 schellingen per jaar, tegen betaling van een bedrag, waarmede een achterstand wordt gedekt in de betaling van renten aan de burgers, ontstaan in 1527 - door toedoen van Henric Wilgersz - na de dood van kameraar Gerrit van Zwol.