Regesten uit de archieven van de kloosters te Gouda

Collectie

Objecten

Geavanceerd zoeken
  • Regest kloosters 784
    Burgemeesteren, schepenen, raad en gemeen-ondermannen van de oude en nieuwe raad der stad Utrecht oorkonden, dat zij, met toestemming der gilden, verkocht hebben aan broeder Franck Aelbert Foeckxz. een lijfrente van 48 pond per jaar ten behoeve van Joffer Hadewich Aelbert Foeckensdr, zijn zuster.
  • Regest kloosters 785
    Haderwich Aelbert Fouckxdr. verklaart, dat haar broer broeder Franck Aelbert Foeckxz., na haar mogelijk voor-overlijden, levenslang de lijfrente van 48 pond per jaar zal ontvangen, die hij voor haar gekocht had, en welke uitbetaald wordt door de stad Utrecht.
  • Regest kloosters 786
    Frederik IV, markgraaf van Baden, bisschop van Utrecht, bevestigt de door de Heilige Stoel en door zijn voorgangers, Frederik van Blankenheim, Rudolf van Diepholt en David van Bourgondië, als ook door hem zelf verleende voorrechten aan de fraterhuizen te Deventer, te Zwolle, op de S. Jheronymusberg bij Hattum en aan alle fraterhuizen, ressorterende onder het "Zwolse colloquium"; hij voegt er met dit schrijven nog enige nieuwe voorrechten aan toe.
  • Regest kloosters 787
    Schout en buurlieden in het ambacht van Waddinxveen oorkonden, dat Cornelis Heynricz verklaard heeft schuldig te zijn aan Claes Allertz 2 pond Hollands per jaar aan rente, staande op zijn huis en land, gelegen "boven weg", zich uitstrekkende van de Vorenweg tot aan de Baeweterinc, alsmede op 1 weer land "buten die weg". De rente is losbaar de penning 14.
  • Regest kloosters 788
    Schout en heemraden van Berchambocht oorkonden, dat Aernt Adriaensz verklaard heeft schuldig te zijn aan Geertruyt meester Hugen's weduwe 9 schilden per jaar aan rente, staande op de helft van 11 morgen land, gelegen "in Berckevoerts weer totter Lecken toe". De rente is losbaar door betaling van 150 schilden.
  • Regest kloosters 789
    Gerardus Simonis, biechtvader en rector van het St.-Agnietenconvent, geeft een overzicht van de bezittingen en schulden van het convent, bestemd ter kennisneming door een bepaald college.
  • Regest kloosters 790
    Schout en buurlieden in het ambacht van Waddinxveen oorkonden, dat Vop Jansz verklaard heeft schuldig te zijn aan heer mr. Claes Schaer 3 Rijnse guldens per jaar aan rente, staande op 6 morgen land, "buten weg streckende van de voren weg an die weteringe toe". De rente is aflosbaar tegen de penning 15.
  • Regest kloosters 791
    Schout en buurlieden van het ambacht van Moordrecht oorkonden, dat Lodewick Peterz die Gribbe verkocht heeft aan het convent der Collatiebroeders te Sint Paulus in Gouda een viertel land, gelegen in Broekhuizen, zich uitstrekkende van de Tiendweg "tot die halve Ysel toe", onder verband van een ander stuk land, gelegen in Broekhuizen (O = de Waddinxveense wetering).
  • Regest kloosters 792
    Schout en heemraden van Stolwijk oorkonden, dat Ghijsbert Dircz. en Geertruut Wouterzoon's weduwe verklaard hebben gezamenlijk schuldig te zijn aan Pyn Geritdr. 15 schellingen Vlaams per jaar aan rente, staande op 8 morgen land, gelegen in Koolwijk in het genoemde ambacht.
  • Regest kloosters 793
    Schout en buurlieden van Zwammerdam oorkonden, dat Jacob Dirrickz. verklaard heeft schuldig te zijn aan Gheertruijt Huych Harmanz' weduwe 14 stuiver per jaar aan rente, staande op 3 1/2 morgen land, gelegen in Zwammerdam, geheten "den Broeck", zich uitstrekkende van de Oude weg tot de Bosmanskade. De rente is aflosbaar tegen de penning 15.
  • Regest kloosters 794
    Schepenen oorkonden, dat Pieter Claesz, de zeepzieder, Cornelis Willemsz, de apotheker, en Cornelis Fransz van Delf aan Symon Mol vrijwaring beloofd hebben voor het feit, dat hij zich mede garant heeft gesteld bij de verkoop van een huis door Pieter Claesz aan Symon Reynersz, cuyper, welk huis gelegen is in de Peperstraat. De vrijwaring geschiedt onder verband van de helft van een huis, toebehorende aan Cornelis Willemsz en gelegen aan de sluis.
  • Regest kloosters 795
    Philips van Bourgondië, elect van Utrecht, bevestigt de door zijn voorgangers, in het bijzonder door Frederik IV van Baden, verleende voorrechten aan de fraterhuizen te Deventer, te Zwolle, op de S. Jheronymusberg bij Hattum, en aan alle frater- en zusterhuizen, onderworpen aan het Zwolse colloquium. Hij geeft bovendien aan de priesters in deze fraterhuizen het recht om de biecht te horen, niet alleen van de jongelieden, die hun scholen bezoeken, maar ook van andere jongelieden, van priesters, van gasten, en van allen, die door hen geleid wensen te worden. De rector ontvangt het recht om, in overeenstemming met 2 of 3 priesters van hetzelfde huis, onwilligen onder de broeders met strenge straffen tot de dicipline terug te brengen. Ten slotte krijgt het Zwolse colloquium als zodanig het recht om een zegel te hebben, dragende het beeld van Christus.
  • Regest kloosters 796
    Rector en gemeen-broeders van Sint-Hieronymusconvent binnen Delft oorkonden, dat zij verkocht hebben aan het convent van St. Paulus, genaamd de Collatiebroeders, 18 Rijnse guldens per jaar aan rente, losbaar de penning 18.
  • Regest kloosters 797
    Schout en buurlieden in het ambacht van Bloemendaal oorkonden, dat Jan Feysz verklaard heeft schuldig te zijn aan Jan Jacobz 6 Rijnse guldens per jaar aan rente, staande op een viertel land, zich uitstrekkende van de Kleyweg tot aan de Winterdijk. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 798
    Schout en heemraden in het ambacht van Stolwijk oorkonden, dat Dirck Jacobz. verklaard heeft schuldig te zijn aan de Collatiebroeders 3 schilden per jaar aan rente, staande op 9 morgen land, gelegen in dat ambacht. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 799
    Schout en buurlieden in het ambacht van Nieuwerkerk oorkonden, dat Jonge Huych Jacobsz verklaard heeft schuldig te zijn aan de Collatiebroeders 4 pond Hollands per jaar aan rente, staande op een huis met 2 viertel land, gelegen in Kortland, zich uitstrekkende vanuit de IJssel tot de landscheiding. De rente is losbaar de penning 16.
  • Regest kloosters 800
    Schepenen oorkonden, dat Clara Claes Gerrytsz' weduwe aan het St.- Catharinaklooster voor 2 jaar en 6 weken vrijwaring beloofd heeft voor 10 1/2 hont land met een huis in Bloemendaal, die zij aan het klooster verkocht heeft. De vrijwaring geschiedt onder verband van haar huis in de Koestraat.
  • Regest kloosters 801
    Pater en gemeen-broeders van St. Pouwels, genaamd het Collatiehuis, oorkonden, dat zij verkocht hebben aan Jan Dirckz., cuper, 6 Rijnse guldens per jaar aan rente, aflosbaar tegen de penning 16, onder verband van de huizen van de broeders, gelegen in de Spieringstraat.
  • Regest kloosters 802
    Schout en buurlieden in het ambacht van Snijdelwijk oorkonden, dat Jacob Evertsz verklaard heeft schuldig te zijn aan Pieter Zybrantz 2 pond Hollands per jaar aan rente, staande op 6 morgen land, gelegen "boven weg", zich uitstrekkende van de Voerenweg tot de Bakwetering, alsmede op 6 morgen land, en op een huis met 6 morgen land, eveneens gelegen "boven weg". De rente is losbaar de penning 15.
  • Regest kloosters 803
    Schout en geburen in het land van Tuyl oorkonden, dat Michiel Ariaensz verklaard heeft schuldig te zijn aan Dirk Jacobsz 5 schilden per jaar aan rente, staande op 1/5 gedeelte van de halve "essche", die hij geërfd heeft na de dood van Emme Dirk Gijsbertz' weduwe, en welke is gelegen in het land van Tuyl (O = het Godshuis van de Lazarus). De rente is losbaar de penning 16.