Monumenten

Collectie

Objecten

Geavanceerd zoeken
  • Rijksmonument 517609 - Gezondheidszorg, Baarhuisje, Oosthaven 31
    Inleiding Het in een Ambachtelijke-Traditionele bouwtrant opgetrokken LIJKENHUISJE (metaarhuis) is in 1899 in opdracht van de Vereniging Centraal Israëlitische Oude-Mannen- en Vrouwenhuis gebouwd. Het was bij de Joodse gemeente als metaarhuisje in gebruik voor het opbaren van overledenen en het doen van rituele wassingen. Sinds de restauratie in 1994 heeft het metaarhuisje de functie van gedenkplaats. Het lijkenhuisje staat op het achtererf van Oosthaven 31 in de oosthoek van de tuin met de nokrichting haaks op dat van het hoofdgebouw. Het wordt aan twee zijden omsloten door TUINMUREN. Omschrijving Het éénlaags, uit ijsselsteen in kruisverband opgetrokken gebouwtje heeft een rechthoekig plattegrond onder een zadeldak met rode Tuile-du-Nordpannen. Rode baksteen is decoratief gebruikt voor de rondbogen boven de gietijzeren rondboogvensters, de rollagen/strekken boven de deuren, de sierbanden- en omlijstingen, de afdeklijsten en lekdorpels. De beide kopgevels zijn tuitgevels, die op de hoeken en in de top versierd zijn met forse vierkante pinakels. Deze zijn versierd met getrapt gemetselde spaarvelden en hebben een knopvormige bekroning. Op de oosthoek bevindt zich inplaats van een pinakel een schoorsteen. De tuitgevels worden afgesloten door een rode bakstenen rollaag. De symmetrisch ingedeelde voorgevel heeft in het midden een dubbele deur met tweeruits bovenlicht en op de zolder een houten zolderluik met kraaldelen. Aan weerszijden van de entreedeur bevindt zich een rondboogvenster. Onder het linker is een gedenksteen geplaatst van de laatste restauratie in 1994. Bij de linker (noordelijke) langsgevel zijn twee vergelijkbare rondboogvensters symmetrisch in de gevel geplaatst. Inwendig bevindt zich tegen de achtermuur een plaquette, die (geplaatst tijdens de laatste restauratie) herinnert aan de periode 1940-1945. Waardering Het voormalige lijkenhuisje is van algemeen belang wegens architectuur- en cultuurhistorische waarde door zijn oorspronkelijke functie als goed voorbeeld van een lijkenhuisje uit het eind van de 19de eeuw in een rijk gedetailleerde Traditioneel-Ambachtelijke bouwtrant. Het herinnert aan de periode dat in het bijbehorende herenhuis een 'Joodsch Rusthuis' was gevestigd. Het is derhalve van belang vanwege de historische-ruimtelijke relatie met het huis. De bouwkundige onderdelen zijn vrij gaaf in hoofdvorm, materiaalgebruik en detaillering.
  • Rijksmonument 16785 - Woonhuis(K), Lage Gouwe 30
    PAND met gepleisterde tuitgevel (XVIII).
  • Rijksmonument 16843 - Stadhuis, Markt 1
    STADHUIS. Gotisch GEBOUW (1448-1450) op langwerpige plattegrond, bekleed met natuursteen. Aan de korte zijden hoge trapgevels, waartussen een zadeldak met dakkapellen. Voorgevel gerestaureerd ca.1880; achter- en zijgevels 1947-'52. Voorgevel met hangtorentjes, pinakels tegen de trappen en korfbogige nissen met traceringen om de vensters. De vensters in achter- en zijgevels zijn gevat binnen spitsboog- en korfboognissen met driepastraceringen. Vierkant torentje op de voorgevel. Bordes met overhuiving in renaissancevormen voor de ingang (Gregorius Cool, 1603). Tegen de achtergevel natuurstenen schavot met bogen en halfzuilen in Dorische stijl (1697). Inwendig: Boterhal (vroeger Vleeshal) met ribloze kruisgewelven op zuilen (1517-'18); Vierschaar (thans vestibule) met marmeren dessus-de-portes, waarin allegorische voorstellingen (ca.1690); raadzaal (thans trouwzaal) met marmeren schouwen (ca.1690) en gobelins (1642); Burgemeesterskamer met schouw en plafond (XVIId).
  • Rijksmonument 16942 - Werk-woonhuis, Turfmarkt 70
    17e eeuws PAND met verdieping en afgewolfd zadeldak. Voorgevel vernieuwd in 1931; achtergevel 17e eeuws met vlechtingen en vensters met 25- en negenruitsramen. 19e eeuws achterhuis met ingezwenkte gevel. Het interieur bezit een 17e eeuwse houtconstructie met balklagen op geprofileerde sleutelstukken en korbelen met sleutelstukken en 17e eeuwse kap. Spiltrap met op de verdieping een deur met liggende panelen. Op de verdieping eiken schotwerken. Voor 1931 bezat het huis een gepleisterde voorgevel onder rechte houten kroonlijst.
  • Rijksmonument 16801 - Werk-woonhuis, Lage Gouwe 150
    PAND met gepleisterde tuitgevel (XVIII).
  • Rijksmonument 16984 - Woonhuis(K), Westhaven 55
    HUIS met zadeldak en dakvenster. Gepleisterde lijstgevel (ca. 1800) met deur en snijraam.
  • Rijksmonument 529066 - Woonhuis, Nieuwe Gouwe O.Z. 14, Nieuwe Gouwe O.Z. 15, Nieuwe Gouwe O.Z. 16, Nieuwe Gouwe O.Z. 17
    tekst volgt
  • Rijksmonument 17006 - Werk-woonhuis, Wijdstraat 18
    PAND (XVII) met verminkte topgevel.
  • Rijksmonument 16741 - Werk-woonhuis, Dubbele Buurt 7
    PAND met tuitgevel (XVIII), afgedekt door lijst (XIX A ?), gepleisterd. Pui en ramen modern.
  • Rijksmonument 16996 - Werk-woonhuis, Achter de Vismarkt 3 J, Achter de Vismarkt 3 K, Wijdstraat 3
    Pand met gepleisterde lijstgevel (XIX A) en schilddak.
  • Rijksmonument 16799 - Woonhuis(K), Lage Gouwe 144
    PAND met lijstgevel (XIXc) met stucversieringen en consoles onder de kroonlijst.
  • Rijksmonument 16847 - Werk-woonhuis, Markt 6
    PAND met lijstgevel (XIXa) met getoogde vensters.
  • Rijksmonument 17014 - Werk-woonhuis, Zeugstraat 64
    PAND met gepleisterde trapgevel, gedateerd in cartouche: 1637. In de verdieping ontlastingsbogen met sluitstenen. Geprofileerde waterlijst en afdekplaten. Toppilaster op console.
  • Rijksmonument 16739 - Werk-woonhuis, Dubbele Buurt 3
    PAND met eenvoudige lijstgevel (XIX c-d).
  • Rijksmonument 16936 - Woonhuis(K), Turfmarkt 113
    PAND met lijstgevel XIXc. Twee vensterassen breed. Parterre gepleisterd.
  • Rijksmonument 517631 - Schoolgebouw, Elizabeth Wolffstraat 1
    Inleiding De openbare lagere SCHOOL in Amsterdamse School-stijl;, bij de bouw De Kadeschool genoemd, is in 1930 ontworpen door architect H. de Meer in opdracht van de gemeente. De school vertoont grote overeenkomsten met de school te Nieuwendam uit 1926 van Publieke Werken Amsterdam. Het gebrandschilderd glas in de hal is van de hand van kunstenaar W. van de Walle en geproduceerd door de Fa. Schrier & de Ru uit Haarlem. In 1996 heeft een grootscheepse renovatie plaatsgevonden, waarbij vernieuwingen volledig volgens de oorspronkelijke detaillering zijn uitgevoerd. Omschrijving Het samengestelde bouwvolume van de school bestaat uit twee bouwlagen met een hoog opgaande kap en korte zijvleugels. Het hoofdvolume heeft een met zwartgeglazuurde Romaanse pannen gedekt zadeldak met op de nok vier schoorstenen; aan de zuidzijde met fors overstek; aan de westzijde wordt de kap doorsneden door de dwarsgeplaatste rechter zijvleugel (noordoost) met zadeldak. De linker zijvleugel (noordwest) wordt gevormd door een ronde uitbouw, deels verzonken in het hoofdvolume, waarin de entree en het trappenhuis zich bevindt. Deze uitbouw wordt afgesloten met een loden dak met een bliksemafleider op de nok. Het bouwwerk is geheel opgetrokken uit gele waalsteen in Noors verband met gele, platvolle voeg. Het trasraam is uitgevoerd in gesinterde baksteen in kruisverband met rood voegwerk en varieert in hoogte. De kopgevels zijn uitgevoerd met vlechtingen. De houten ramen bestaan uit reeksen gekoppelde ramen met enkele of dubbele zes-ruits bovenlichten. De voorgevel bestaat in grote lijnen uit drie delen: de ronde risaliet met entreepartij op de noordoosthoek, een min of meer vlakke wand met horizontale vensterstrips en de zijvleugel met kopgevel op de noordwest hoek. Links van de ronde uitbouw bevindt zich een smalle, met lood bekleedde strook waar het dakvlak van het hoofdvolume schuin doorgetrokken is tot op de hoogte van het trasraam. Het trasraam in verticaal verband is rond de uitbouw uitgemetseld tot brede bank en loopt door tot in het portiek. Bovenaan de uitbouw bevindt zich een aaneengesloten vensterstrip met vaste, vierdelige ramen. De ramen zijn gevat in houten kozijnen, waarvan de meerdelige stijlen (met triglief-achtige profilering) naar het midden toe uitkragen. Zo is een bollende raampartij ontstaan. De uitbouw is in een schuine hoek doorgetrokken naar de gevel. In het schuine deel bevindt zich het portiek met de entree afgesloten met een ijzeren hekwerk. De dubbele, houten deur is voorzien van stootplaten, sikkelvormige gehengen, twee keer zes ruiten en twee, gekoppelde, zevendelige zijlichten ter linkerzijde. De rechterhoek van het portiek wordt beaccentueerd door een ronde uitbouw, die deels opgenomen is in het trasraam en bovenaan in gele steen en in reliëf is uitgevoerd. Het reliëf verbeeldt een steenbok met het Goudse wapen en een boogschutter. Het middelste deel van de voorgevel wordt sterk horizontaal geleed door reeksen gekoppelde vensters. De ramen zijn gevat in houten kozijnen en stijlen, waarbij de horizontale lijsten doorlopen en de stijlen daartussen geplaatst zijn. Boven het hoge trasraam bevindt zich een dubbele reeks aaneengesloten, liggende ramen. Ter afsluiting van de hoogopgetrokken gevelwand is een driedubbele reeks gerealiseerd, die op de linkerhoek rond afgesloten wordt. Op de rechterhoek wordt deze raampartij afgesloten met een verticaal langs de gevel aangebrachte vlaggenmast. Deze reeks is voorzien van een loden dak. Geheel rechts in dit geveldeel bevindt zich een enkele deur. De kopgevel van de zijvleugel heeft een dubbele deur met aan weerszijden ramen met een enkel bovenlicht en in de top een niet oorspronkelijke branddeur. De ramen waren oorspronkelijk uitgerust met een middenstijl. Langs de zijgevels (oost- en westzijde) van de zijvleugel bevinden zich uitkragende, houten, ronde goten, die op de kop rond afgesloten worden. In de westgevel bevinden zich twee gekoppelde ramen met een enkel bovenlicht en middenstijl. Het trasraam van de oostgevel is in het midden tot op goothoogte in trapezium vorm opgetrokken. De vensters onder de goot zijn in dit trasraam opgenomen en bestaan uit een reeks van drie gekoppelde, driedelige, ramen met vier horizontale roeden. Het dakvlak wordt doorbroken door een reeks terugliggende vensters met drie roeden en voorts zoals onder de goot. De zuidgevel bestaat uit een lichtrisalerende kopgevel aan de westzijde met in de eerste laag een dubbele deur met vensters (zoals in de kopgevel aan de noordzijde) en in de top een tweedelig, trapeziumvormig venster met drie horizontale roeden. Voorts bevinden zich in de nagenoeg vlakke gevel van het hoofdvolume in beide bouwlagen reeksen van gekoppelde, driedelige ramen met dubbele bovenlichten. Op de verdieping bestaat de reeks uit vier vensters en op de eerste bouwlaag uit drie vensters. Op de zuidoosthoek bevindt zich een risalerend, over één laag opgetrokken trasraam; in dit trasraam bevinden zich een deur en drie ramen met enkele bovenlichten. Dit trasraam verzelfstandigt zich op de hoek tot een schoorsteen, die tot halverwege het dak reikt. Het hoge trasraam van de zuidgevel wordt in de oostgevel doorgezet, waar het trapsgewijs tot normale hoogte gereduceerd wordt. Boven de 'traptreden' bevinden zich vensterpartijen worden gekoppeld door een verticale, met lood bekleedde stijl. Op de eerste laag bestaat het venster uit een vast raam met diepe neggen met daarboven een risalerend, iets in breedte overstekend en ruim twee keer zo hoog glas-in-lood venster. Het trasraam loopt door in de noordgevel. Op de tweede laag is een tweedelig raam met vijf horizontale roeden geplaatst. INTERIEUR Het interieur in Amsterdamse School-stijl bestaat uit een ruime hal (oostzijde) met aangrenzend de spreekkamer, een kamer voor geneeskundig onderzoek en het trappenhuis. Vanuit de hal loopt een lange gang met aan de zuidzijde de leslokalen en aan de noordzijde de toiletgroepen. Aan de westzijde is de oorspronkelijke indeling gewijzigd voor de bouw van onder meer een recreatieruimte en keuken. Op de begane grond bevond zich een gymnastieklokaal, dat nu verbouwd is tot twee praktijklokalen. Overigens is de oorspronkelijke indeling intact. De overwegend gestucte hal wordt bepaald door het gewelfde plafond, de lambrizering van blauwe tegels, het vele glas-in-lood in deuren en ramen en convexe afrondingen van trappenhuis en vaste bank. Het tochtportaal (met originele paraplubak) heeft een dubbele klapdeur met gekleurd glas-in-lood met een zeven-delig zijlicht, dat eveneens in gekleurd glas-in-lood is uitgevoerd. De klapdeur heeft originele handgrepen en stootplaten. Langs de betegelde westwand bevindt zich een vaste bank, die wordt afgesloten door een rondlopend scheimuurtje. De zuidwand bestaat uit een dubbele klapdeur (met gekleurd glas-in-lood) met aan weerszijden deuren met lichten, die zijn uitgevoerd met gekleurd glas-in-lood. In het glas zijn respectievelijk de teksten "geneeskundig onderzoek" en "spreekkamer hoofd" (met de afbeelding van een boek en een inktpot) verwerkt. In de oostwand bevindt zich een vaste plantenbak met daarboven een vast raam en een gebrandschilderd glas-in-lood raam. In de glazen zijn onder meer een globe, boeken, dieren en het wapen van gouda verwerkt. Het ronde trappenhuis (noordzijde) bestaat uit een granieten bordestrap met betegelde lambrizering en balustrade. De balustrade wordt afgesloten met getrokken ijzerwerk. De doorgang naar de gang is getoogd. De gangen op de begane grond en de eerste verdieping zijn nagenoeg identiek. De gestucte gangen zijn voorzien van een tongewelf. De vloeren en de lambrizeringen bestaan uit tegels. Bij de entree van de lokalen is de gang verbreed, waardoor aan weerszijden van de gang nissen ontstaan, die aan de noordzijde (tussen de toiletgroepen) ingericht zijn als garderobes. Ter hoogte van ieder lokaal is een uitkragende 'console' aangebracht, die voorzien is van houtsnijwerk. Dit snijwerk stelt dierenfiguren (onder meer olifanten, pelikanen, eekhoorns) voor. De deuren van de toiletgroepen hebben drie-delige lichten. In de wanden langs de lokalen bevinden zich vierdelige ramen. De lokalen hebben naast de entree een nis, die betegeld is, een ijzeren hekwerk bevat (dat oorspronkelijk ter afscherming van de kachel dienst deed) en waarin een granieten gootsteen geplaatst is. Waardering De school met bijbehorend interieur op de E. Wolffstraat 1 is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde. De school heeft cultuurhistorische waarde als uitdrukking van een functie en vanwege de plaats die de school inneemt in de geschiedenis van onderwijsgebouwen. De school met bijbehorend interieur heeft architectuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van een bouwstijl, namelijk de Amsterdamse School, en vanwege de karakteristieke detaillering en het materiaalgebruik. De school heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de beeldbepalende ligging. De school is nagenoeg gaaf.
  • Rijksmonument 16908 - Werk-woonhuis, Peperstraat 70
    HOEKPAND (midden XIX) met eenvoudige lijstgevel.
  • Rijksmonument 16795 - Klooster, kloosteronderdl, Lage Gouwe 134
    V.M.ST.JOOSTKAPEL (sinds 1681 Lutherse Kerk). ZAALKERK met driezijdige koorsluiting op de hoek van het Groenendaal. In 1838 in neo-gotische trant verbouwd; gereconstrueerd ca. 1957. Boven de westelijke gevel uitgekraagd torentje, aangebracht bij de restauratie. Houten tongewelf. Inventaris: kansel met rijk Lod.XIV-snijwerk op het klankbord; twee koperen lezenaars; gesneden gezangborden (Lod.XIV); kroon; doophekken. Klokkenstoel met klok van A. van den Ghein, 1788, diam. 36,7 cm. Orgel met twee manualen en pedaal, gebouwd door Maarschalkerweerd & Zn. in 1899. Later gewijzigd door Slooff.
  • Rijksmonument 517636 - Schuur (G), Vest 30
    Inleiding De ASSCHUUR werd in 1844 gebouwd in Traditioneel-Ambachtelijke stijl door meester-timmerman A. Oudijk en is gelegen op de voormalige stadsveste tussen de inmiddels gesloopte Potterspoort en de Rotterdamse Poort. Het pand ligt langs de Turfsingel. In de asschuur werd haardas verzameld dat als grondstof voor de bereiding van loog voor de glas- en zeepfabrieken grote waarde had. Na 1876 was het haardas waardeloos geworden aangezien de sodafabricage was toegenomen. Tevens was de kwaliteit van het haardas gedaald door het toenemende verbruik van steenkolen. In 1922 werd het pand verbouwd en werd de gemeentelijke reiningsdienst er gehuisvest. In het midden kwamen een aantal paardestallen, aan de uiteinden een bergplaats voor ontsmettingsrijtuigen en handkarren en een reparatieinrichting. Thans (1999) is de Asschuur het onderkomen voor een jongerensociëteit. Tijdens een verbouwing in de jaren tachtig van de 20ste eeuw zijn een aantal ramen en deuren dichtgemetseld. Aan de achterzijde is een nieuwe uitbouw gerealiseerd. Omschrijving Het op rechthoekige grondslag in baksteen opgetrokken pand bestaat uit twee verdiepingen onder een met rode Hollandse pannen gedekt gebroken schilddak waarvan de nokrichting parallel loopt met het water; rondom houten daklijsten op klampen; uileborden aan de kopse kanten. De dikke wanden van de lange zijden zijn schuin gemetseld zodat ze richting dakkap taps toelopen. Aan beide zijgevels een reeks steunberen die licht risalerend tegen de gevels zijn gemetseld. Het pand heeft aan de straatzijde afgeschuinde hoeken. Alle gevelopeningen hebben getoogde strekken en gemetselde dorpels. De gevel aan de singelzijde (zuid) heeft twee deuren en twee dakkapellen. Vensters worden afgewisseld met een steunbeer. Aan beide langszijden een reeks zware muurankers die soms de volledige hoogte van de muur beslaan. Aan de westelijke kopse kant een dubbele inrijdeur en een dakkapel met deuren. De tweede dubbele inrijdeur is dichtgemetseld en van stuclaag voorzien. Aan de oostelijke kopse kant zijn twee dubbele, getoogde deuren dichtgemetseld en van een nieuwe stuclaag voorzien. Ten westen van het pand een gemetselde muur die de grond langs de singel van de weg afschermd. Het interieur is diverse keren grondig gewijzigd. Waardering De asschuur is van algemeen belang wegens cultuurhistorische waarde als representatief voorbeeld van een asschuur die gezien haar verschillende functies bovendien in Gouda tamelijk bekend is. De asschuur is van architectuurhistorisch belang als typologisch voorbeeld. De asschuur is van stedebouwkundig belang als markant gebouw langs de singel aan de Vest.
  • Rijksmonument 16735 - Bedrijfs-,fabriekswoning, Bloemendaalseweg 62
    Gepleisterde LANDARBEIDERSWONING onder pannen zadeldak, met afhang aan de achterzijde. Puntgevels aan de smalle zijkanten, 18e of eerste helft 19e eeuw.